Drie vragen aan… Margje Woodrow
Het spannende boek Fake trip van schrijver Margje Woodrow is één van de elf Leestips van de Jonge Jury 2021! Margje vertelt ons welke boeken zij zelf het liefst leest, hoe zij op het idee van Fake trip kwam en of zij als oud-onderwijzeres het lesgeven nog weleens mist.
Tot 2015 was je onderwijzeres op een basisschool. Wat is de reden dat je de overstap hebt gemaakt naar het schrijven?
Juf zijn van groep 8 was mijn droombaan. Als een visje in het water voelde ik me op school. Ik kon mijn creativiteit kwijt en probeerde van iedere dag een leuke dag te maken. Aan ‘mijn’ groep 8’ers vertelde ik vaak verhalen over mijn eigen middelbareschooltijd. Wat mijn klas en ik zoal uitspookten rondom het spel true or dare en dan gingen wij vooral voor de dares. Een estafetterace houden door het schoolgebouw bijvoorbeeld met de twee skeletten van bio. Een nachtje stiekem slapen in de gymzaal.
Toen Micky, mijn zoon werd geboren had hij de eerste drie jaar veel operaties nodig. Ik was natuurlijk bij hem in het ziekenhuis. Daar ben ik begonnen om de verhalen die ik vertelde op te schrijven voor mijn klas. Ik merkte dat schrijven mij een soort verliefd gevoel gaf, zo van: wow, dit vind ik heel, heel erg leuk. Toen Micky weer beter was en ik weer verderging met mijn droombaan, bleef ik schrijven. Op een gegeven kwam er een boek. Ik bezocht middelbare scholen. En toen kwam de moeilijke keuze: juf zijn of schrijfster. Ik geef voor de dingen die ik doe altijd 100, nee 200 procent. Dat werd een beetje veel. Ik heb voor het nieuwe gekozen: schrijven. Nu denk ik vaak: ik heb het beste van allebei: schrijven en jongeren ontmoeten. Ik geef toe: soms mis ik het juf zijn wel.
Fake trip is een ontzettend spannend boek. Lees je zelf ook graag spannende boeken, of houd je meer van het lezen van andere genres?
Ja, Fake trip is spannend, hè? Het verhaal is mede bedacht door leerlingen die ik tijdens mijn schoolbezoeken heb ontmoet. De hoofdstukken op het strand van Barcelona bijvoorbeeld waar de personages een banaan huren om over de zee te scheuren is op scholen ontstaan. Wie valt er in het water? Is hij zij/geduwd? Waarom? Ik lees heel graag spannende boeken, ik hou van de puzzel van een thriller. Wat is er gebeurd? Wie heeft het gedaan? Wat is het motief? Op Netflix kijk ik ook meestal naar spannende series en films. Maar meeslepende boeken zonder moord-en-doodslag lees ik ook. Als tiener las ik het liefst boeken waarin de hoofdpersonen worstelden met problemen. En verhalen over de Tweede Wereldoorlog vond ik interessant.
Hoelang ben je gemiddeld bezig met schrijven?
Ik schrijf één boek per jaar. Het begint met een idee dat ik ongeveer 3 maanden laat groeien in mijn hoofd. De cover van het boek wordt gemaakt, nog voordat ik één letter heb getypt. Meestal maak ik een storyboard. Wie, wat, waar, waarom en wanneer werk ik daarop uit. Pas als ik het verhaal duidelijk voor ogen heb, begin ik met schrijven. Over het eerste hoofdstuk doe ik best lang. Ik wil namelijk dat het meteen pakkend is. Dat het de lezer meteen in het verhaal trekt. Ik schrijf op de dagen dat ik geen scholen bezoek. Met Joris van uitgeverij De Fontein spreek ik een eerste inleverdatum af, de deadline. Daar werk ik dan naartoe. Soms is het best stressen om het te halen. Toch, een beetje druk werkt voor mij goed. Het schrijven duurt zo’n 5 á 6 maanden. Ik vind het altijd spannend om mijn verhaal door Joris te laten lezen. Het verhaal is bij mij als een film in mijn hoofd gaan leven en ik ben dan benieuwd naar zijn mening. Daarna geeft Mirjam, een superfijne redacteur bij De Fontein, feedback. Deze fase is ook erg leuk! We zetten alle puntjes op de i en we sparren samen over de vormgeving van de binnenkant. Dus… met een boek ben ik gemiddeld 8 maanden bezig.
T/m maandag 3 mei 2021 kan er via de website van de Jonge Jury gestemd worden voor de Prijs van de Jonge Jury en voor de Jonge Jury Debuutprijs 2021. Stem nu op jouw favoriete boeken van 2020!